Menu
Terug

SUCCES / SUCCESS

Charlotte van Pallandt in haar atelier, circa 1958.
Foto: Louise van der Veen


In de jaren ’50 en de jaren ’60 kreeg Charlotte van Pallandt verschillende portretopdrachten, zowel van de overheid als vanuit het bedrijfsleven. Voor het nieuwe ‘Gelderse Huis der Provincie’ in Arnhem maakte zij in 1953 van koningin Juliana aan de hand van foto’s een portretbuste. Het ging om een ‘officieel portret’, maar het resultaat, een ‘vorstelijk’ portret compleet met opgeheven kin en diadeem als teken van koninklijke waardigheid, beviel de kunstenares achteraf niet. Het officiële beeld werd opgesteld in de Statenzaal, waarna Charlotte van Pallandt weer aan de slag ging. Zij vond het beeld zelf ‘een beetje saai, eerlijk gezegd’. Op een zeker moment kreeg zij de kans om bij koningin Juliana op bezoek te gaan. Zij schrok: bij deze ontmoeting bleek dat het portret ‘absoluut niet leek’. Tijdens de thee maakte zij in een klein boekje schetsen en notities. Na de thee besloot zij meteen een geheel ander vorstenportret te maken. Charlotte van Pallandt zei jaren later hierover in ‘Het Parool’: ‘Veel mooier, veel interessanter dan al die staatsiefoto’s. Ze maakte een geweldige indruk op me. Ik ben direct naar huis gereden en heb het échte portret gemaakt. In een half uur tijd! Geen wapperende haren, geen kroon, het haar in een netje en die gevoelige, kwetsbare uitdrukking van ’Wie ben ik dat ik dit mag doen?’ Zo menselijk. Dat werd het goede portret …’. Het nieuwe portret, waarvoor zij geen foto’s had gebruikt, was informeel. Het was expressief en schetsmatig, want ook in de bronzen versie is nog de kleivorm zichtbaar. Nergens verloor zij zich in het detail. Veel meer dan de ‘officiële’ versie geeft het nieuwe beeld de persoonlijkheid van de vorstin weer, volgens ‘de indruk’ die de kunstenares van de koningin vasthield na haar ontmoeting. ‘Als je aanvoelt hoe iemand is komt het wezen er vanzelf in’, zei zij later.

In the 1950s and 60s Charlotte van Pallandt was commissioned to produce a number of portraits, both by the government and by corporate clients. In 1953 she made a bust of Queen Juliana based on photographs for the new ‘House of Gelderland Province’ in Arnhem. It was an ‘official portrait’, but the result – a ‘regal’ portrait complete with raised chin and tiara as a sign of royal dignity, was not to Van Pallandt’s liking afterwards. She thought it ‘a little boring, to be honest’. The official sculpture was installed in the council chamber, and Charlotte van Pallandt set to work again. At some point she had the opportunity to visit Queen Juliana, and she was shocked to find that the portrait was ‘nothing like her’. Over tea, she made some sketches and notes in a small book. She decided to make a completely different portrait of the monarch. Later she would say, in an interview for ‘Het Parool’ newspaper: ‘Much better, much more interesting than all those official photographic portraits. She made a deep impression on me. I drove straight home and made the real portrait. In half an hour! No flowing hair, no crown, her hair in a net and that sensitive, fragile expression that said “Who am I to be doing this?”. So human. It was a good portrait …’. The new portrait, for which she had not used any photographs, was informal. It was sketchy and expressive, the clay original still visible in the bronze version. Van Pallandt did not get lost in detail. Much more so than the ‘official’ version, this one reflected the Queen’s personality, based on the ‘impression’ she left with after meeting her. ‘When you sense what someone is like, the essence appears by itself’, she would later say.